Nelle, de heks van Cruysem
Nelle, de heks van Cruysem
Marc de Bel
Gedurende de lagere schooltijd was ik steeds gefascineerd door magie. Ik las boeken over tovenaars en heksen, ik maakte mijn eigen toverboek en kookte echte heksensoep. Het is dan ook niet vreemd dat ik meteen koos voor het boek Nelle, de heks van Cruysem. Bovendien was Marc de Bel mijn favoriete kinderauteur. Van De Pimpelmoes tot Meester Pluim en het praatpoeder en Nikki Nikkel, ik las ze allemaal. Mijn vreugde bereikte dan ook een hoogtepunt wanneer ik meer dan 10 jaar later nog eens een boek van Marc de Bel mocht lezen ...
Het avontuur begint in het jaar 1634 in een Vlaams dorpje, Cruysem. De dertienjarige Nelle woont sinds haar geboorte bij haar tante Clara in een klein huisje aan de rand van het Hollebeekbos. Door een samenloop van omstandigheden ontstaat er in het dorp een kluwen van roddels. Een aantal dorpsgenoten beschuldigen tante Clara ervan een heks te zijn. Ze wordt samen met Nelle opgepakt en ondervraagd. Zowel tante Clara als Nelle worden, na hevige folteringen, terechtgesteld. Ze zullen beiden eindigen op de brandstapel. Maar Nelle kan nog net op tijd ontsnappen en zoekt wanhopig naar een manier om haar naam te zuiveren. Dit is het begin van een spannend avontuur waarin zij ten strijde trekt tegen de brutale heksenjager Kramers.
In mijn fantasie hebben heksen een stevig bepukkelde haakneus, zwart strohaar, een vliegende bezem en twee fel vooruitstekende, gele, rotte tanden. Dit type figuren komt in het boek Nelle, de heks van Cruysem niet voor. Het mysterie dat met het onderwerp gepaard gaat, hangt echter als een sluier rond het hele verhaal. Marc de Bel slaagt er nogmaals in om mij helemaal mee te zuigen in het verhaal. Hoewel ik de woordkeuze soms te brutaal en ruw vond voor de doelgroep, helpt dit toch om het verhaal echt tot leven te wekken. Je waant je helemaal in een middeleeuws dorp en protesteert mee tegen het onrecht dat Nelle wordt aangedaan. Nelle krijgt serieuze tegenslagen te verwerken en dit vormt haar als persoon. Gaandeweg het boek zie je het verdriet en de frustratie evolueren. Ook de persoonlijke ontwikkeling die het hoofdpersonage meemaakt, kan je goed volgen doorheen het boek. Het boek is gestoffeerd met tal van prachtige illustraties en teksten uit diverse bronnen. Ook dit maakt dat het verhaal helemaal tot leven komt. Sommige stukjes tekst zetten echt aan tot denken en zijn prachtig geformuleerd. Volgend tekstfragment vind ik zelfs een beetje poëtisch.
Men mag het nooit opgeven. Op het donkerste moment, in het diepst van de put, komt het licht. Zoals na de winter ook de lente komt. En wat eventjes dood leek, komt na het smelten van de sneeuw weer helemaal tot leven, sterker en mooier dan voorheen - Agripus Cornelis
Het boek is een goede mix van avontuur, spanning, liefde en ontroering. Deze elementen wisselen elkaar af waardoor er geen sleur in het verhaal komt. Het leest bijgevolg als een sneltrein, je leest het boek gemakkelijk in één ruk uit. Hoewel bepaalde gebeurtenissen erg hard zijn en de gekozen taal soms ruw en brutaal is, past dit allemaal binnen de tijd waarin het verhaal zich situeert. Wanneer kinderen dit boek lezen, krijgen ze meteen een goed beeld van de historische en culturele situatie in de 17de eeuw.
