Heren van de thee
Hella S. Haasse
Hella S. Haasse. De auteursnaam (pseudoniem voor Hélène Serafia Haasse) alleen
al deed me dromen. Voeg daar nog een zwart-witcover met dreigende palmbomen aan
toe en ik werd meteen meegesleept naar vreemde oorden. Het vrolijke, zomerse
aspect van palmbomen wordt teniet gedaan door de donkere kleuren. Net zoals het
schril contrast tussen het sombere verhaal en de onbezorgde setting waarin het
plaatsvindt.

Heren van de thee is een roman over de prominente landheren van de theecultuur in Indië. De roman vertelt in het bijzonder het levensverhaal van protagonist, Rudolf Kerkhoven die aan het einde van de negentiende eeuw het wilde maken in Nederlands-Indië. Rudolf is een blanke Nederlander, erg zakelijk en een tikkeltje te zelfingenomen. Hij besluit na zijn studietijd om in de voetsporen van zijn vader te treden en de plantage in Ardjasari over te nemen. Zijn vader denkt hier echter anders over en betrekt Rudolf nauwelijks in zijn zakelijke keuzes. Niet begrepen en in de steek gelaten door zijn vader start Rudolf zelf de theeonderneming Gamboeng in de Preanger op Java. Hij probeert een succesvolle toekomst uit te bouwen met zijn thee- en kinineplantages en het stichten van een gezin. De lezer is getuige van de hoogtes en laagtes in het leven en werk van het gezin Kerkhoven. In dit geloofwaardige familieverhaal staan gevoelens centraal. De onuitgesproken minderwaardigheidsgevoelens van Rudolf, de depressieve- en angstgevoelens van Rudolfs vrouw Jenny en de gevoelens van spanning op zakelijk gebied.
Hella S. Haasse dook het Indisch Thee- en Familiearchief in en gebruikte waargebeurde feiten om zich op te baseren. Deze historische roman heeft een speciale opbouw. Het eerste hoofdstuk gaat over de eerste dag op Gamboeng. Na amper tien pagina's start het volgende hoofdstuk: Taferelen van voorbereiding. In dit hoofdstuk krijgt de lezer een overzicht van de zaken die aan het eerste hoofdstuk vooraf gingen; een soort 'terugblik' in de tijd. Het tweede hoofdstuk gaat dus qua tijdsperiode vooraf aan het eerste hoofdstuk. Vanaf het derde hoofdstuk verloopt alles opnieuw chronologisch. Soms wordt het verhaal onderbroken door enkele flashbacks. Het sujet en de fabel komen dus niet overeen.
Centraal
in het verhaal staan de gevoelens van de personages en hun evolutie. Hoe ze
doorheen de jaren, door de verschillende ervaringen en gebeurtenissen gevormd
worden. Het geluk, de vreugde, maar vooral het leed laat duidelijke sporen na. De
lezer heeft door het auctoriële vertelperspectief (externe heterodiëgetische
verteller) een onbeperkte kijk in de gedachten en gevoelens van de personages.
Dit maakt de inleving als lezer een stuk makkelijker. Ook schrijfstijl en
verteltrant dragen bij tot een goede inleving. Het oud, zakelijk taalgebruik
past perfect in de tijdsperiode waarin de gebeurtenissen zich afspelen. Bovendien
gebruikt Haasse vaak Indische woorden die dan weer voor een couleur locale
zorgen. Ik had ook het gevoel dat de
schrijfstijl en verteltrant vaak afhingen van de context en situatie waarin de
personages zich op dat moment bevonden. De gevoelens van de personages werden
weerspiegeld in het woordgebruik, zinslengte, de plaats van de woorden in de
zin ... Zo was de schrijfstijl in het hoofdstuk over de studietijd van Rudolf
veel zakelijker en muffer, dan bij zijn aankomst op Java. Hier werd alles veel
kleurrijker en levendiger beschreven.
Hella S. Haasse brengt met dit verhaal het koloniale tijdperk opnieuw tot leven. Het is een waarheidsgetrouwe historie, wellicht deels door haar eigen ervaringen, weergegeven. Een roman over een man die de sprong waagt en een theeonderneming begint in het tropische Java, ver weg van zijn vertrouwde omgeving. De grootste motieven zijn gevoelens, familieruzies, persoonlijke groei en kolonisatie. Door de soms erg lange zinnen en eerder zakelijke schrijfstijl in het begin van het boek, was het voor mij moeilijk om het lezen vol te houden. Vanaf het moment dat Rudolf aankomt op Java verandert dit. De zinnen worden korter, de schrijfstijl kleurrijker en de verteltrant sneller. Gebeurtenissen volgen elkaar sneller op en het verhaal wordt hierdoor ook spannender. Bij het lezen van de laatste zin dacht ik net hetzelfde als na het kijken van Out of Africa en Palmeras en la nieve: Wat een prachtig verhaal!
